تويت
Vraag:De laatste tijd is het bidden op stoelen vermeerdert; dus wat is de (juiste) handelswijze ervan?
Antwoord:Het gebed is de tweede pilaar van de Islam en dé steunpilaar van de Islam en het eerste waar de dienaar rekenschap over moet afleggen op de Dag des Oordeels van zijn (verrichte) daden; als het geaccepteerd wordt dan worden zijn overige daden geaccepteerd en als het afgewezen wordt dan worden zijn overige daden afgewezen. En het vervalt niet voor een moslim, zolang zijn verstand in tact is. Echter bidt hij het naar gelang zijn kunnen, zoals de Verhevene heeft gezegd (interpretatie van de betekenis) :
Wees Godsvruchtig voor zover jullie in staat zijn [at-Taghaabun: 16]
En de Verhevene zei (interpretatie van de betekenis):
Allah belast geen ziel boven haar vermogen [al-Baqarah: 286
En de Profeet – sallahu ‘alayhi wa sallam – zei: ‘’Hetgeen ik jullie afwees, vermijd het en hetgeen ik jullie heb bevolen, verricht daarvan tot zover jullie kunnen.’’ En daartoe behoort het gebed welke de moslims bidt naar gelang zijn mogelijkheid en vermogen om de woorden van de Profeet – sallahu ‘alayhi wa sallam: ‘’De zieke dient staand te bidden en als hij daartoe niet in staat is dan zittend, en als hij daar niet toe in staat is dan liggend op één kant.’’ En in een andere versie: ‘’Als hij er niet toe in staat is, dan op zijn rug met zijn benen richting de qiblah.’’Het gebed heeft voorwaarden, pilaren, verplichtingen en sunan (i.e. handelingen van sunnah) welke de moslim verricht naar gelang zijn vermogen; waarvan sommige verricht dienen te worden tijdens het staan en sommige tijdens het zitten en sommige tijdens het prosterneren.
1- Hetgeen tijdens het staan verricht dient te worden is de takbeeratu al-ihraam (i.e. het eerste keer op zeggen van ‘Allahu Akbar’ met de handen opgeheven), het oplezen van al-Faatiha en vervolgens wat mogelijk is van de Quran en (daarna) de rukoe’, en dat is het buigen van de rug en hoofd tot de handen de knieën bereiken en je daarbij het volgende zegt:
سبحان ربي العظيم
2En hetgeen hij verricht tijdens het zitten is at-tashahud (i.e. het opzeggen van ‘tahyatu lillaah..’ met de wijsvinger stilhoudend wijzend naar de qiblah) en de sujoed (i.e. het prosterneren) op de grond en het opzeggen van:
Antwoord:Het gebed is de tweede pilaar van de Islam en dé steunpilaar van de Islam en het eerste waar de dienaar rekenschap over moet afleggen op de Dag des Oordeels van zijn (verrichte) daden; als het geaccepteerd wordt dan worden zijn overige daden geaccepteerd en als het afgewezen wordt dan worden zijn overige daden afgewezen. En het vervalt niet voor een moslim, zolang zijn verstand in tact is. Echter bidt hij het naar gelang zijn kunnen, zoals de Verhevene heeft gezegd (interpretatie van de betekenis) :
Wees Godsvruchtig voor zover jullie in staat zijn [at-Taghaabun: 16]
En de Verhevene zei (interpretatie van de betekenis):
Allah belast geen ziel boven haar vermogen [al-Baqarah: 286
En de Profeet – sallahu ‘alayhi wa sallam – zei: ‘’Hetgeen ik jullie afwees, vermijd het en hetgeen ik jullie heb bevolen, verricht daarvan tot zover jullie kunnen.’’ En daartoe behoort het gebed welke de moslims bidt naar gelang zijn mogelijkheid en vermogen om de woorden van de Profeet – sallahu ‘alayhi wa sallam: ‘’De zieke dient staand te bidden en als hij daartoe niet in staat is dan zittend, en als hij daar niet toe in staat is dan liggend op één kant.’’ En in een andere versie: ‘’Als hij er niet toe in staat is, dan op zijn rug met zijn benen richting de qiblah.’’Het gebed heeft voorwaarden, pilaren, verplichtingen en sunan (i.e. handelingen van sunnah) welke de moslim verricht naar gelang zijn vermogen; waarvan sommige verricht dienen te worden tijdens het staan en sommige tijdens het zitten en sommige tijdens het prosterneren.
1- Hetgeen tijdens het staan verricht dient te worden is de takbeeratu al-ihraam (i.e. het eerste keer op zeggen van ‘Allahu Akbar’ met de handen opgeheven), het oplezen van al-Faatiha en vervolgens wat mogelijk is van de Quran en (daarna) de rukoe’, en dat is het buigen van de rug en hoofd tot de handen de knieën bereiken en je daarbij het volgende zegt:
سبحان ربي العظيم
2En hetgeen hij verricht tijdens het zitten is at-tashahud (i.e. het opzeggen van ‘tahyatu lillaah..’ met de wijsvinger stilhoudend wijzend naar de qiblah) en de sujoed (i.e. het prosterneren) op de grond en het opzeggen van:
سبحان ربي الأعلى
En vervolgens de tasliem (i.e. het afsluiten en zeggen van ‘as-salaamu ‘alaykum wa rahmatullaah’). De wijze waarop deze handelingen gedaan dienen te worden:
A. Als hij alleen in staat is om te staan en te zitten en niet om de rukoe’ en sujoed te doen, dan richt hij met de rukoe’ staand zijn hoofd (naar die plek) en richt hij met de sujoed zittend (naar zijn plek).
B. En als hij in staat is om te zitten en niet om te staan, dan doet hij de takbieratu al-ihraam en oplezen van al-Faatiha en wat mogelijk is van de Quran, en richt hij met zijn hoofd zittend bij de rukoe’ daarheen en prosterneert hij op de grond als het mogelijk of anders wijst hij bij de sujoed zittend met zijn hoofd (naar de oorspronkelijke plek). En bij de sujoed maakt hij zijn hoofd lager dan bij de rukoe’ (als het prosterneren tot de grond niet mogelijk is).
3- Tijdens het zittend bidden: als hij in staat om te zitten op de grond, dan is dit beter en completer. Maar als hij daar niet toe in staat is, dan zit hij op een stoel en doet hij op de stoel wat gezegd en gedaan wordt als bij het zitten op de grond; en legt hij de stoel tegen de gebedsrij aan en deze dient een kleine omvang te hebben voor zover het kan, zodat hij niet teveel plaats inneemt en het krap maakt voor degenen naast, achter en voor hem. En hij dient niet (te zitten) rechtstreeks achter de imaam, zodat de desbetreffende plaats open blijft voor degenen die de imaam nodig heeft om hem te vervangen vanonder de verbeteraars als hem iets overkomt of dat er voor hem voortgang wordt gemaakt als hij vast komt te zitten met het reciteren, dit om de woorden Profeet sallahu ‘alayhi wa sallam: ‘’Laat de verstandige en wetende onder jullie mij naderen in het gebed.’’
Geschreven door Saalih ibn Fawzaan al-Fawzaan
Lid van de Comissie Grote Geleerden
17-08-1433هـBron: http://www.alfawzan.af.org.sa/node/14011
A. Als hij alleen in staat is om te staan en te zitten en niet om de rukoe’ en sujoed te doen, dan richt hij met de rukoe’ staand zijn hoofd (naar die plek) en richt hij met de sujoed zittend (naar zijn plek).
B. En als hij in staat is om te zitten en niet om te staan, dan doet hij de takbieratu al-ihraam en oplezen van al-Faatiha en wat mogelijk is van de Quran, en richt hij met zijn hoofd zittend bij de rukoe’ daarheen en prosterneert hij op de grond als het mogelijk of anders wijst hij bij de sujoed zittend met zijn hoofd (naar de oorspronkelijke plek). En bij de sujoed maakt hij zijn hoofd lager dan bij de rukoe’ (als het prosterneren tot de grond niet mogelijk is).
3- Tijdens het zittend bidden: als hij in staat om te zitten op de grond, dan is dit beter en completer. Maar als hij daar niet toe in staat is, dan zit hij op een stoel en doet hij op de stoel wat gezegd en gedaan wordt als bij het zitten op de grond; en legt hij de stoel tegen de gebedsrij aan en deze dient een kleine omvang te hebben voor zover het kan, zodat hij niet teveel plaats inneemt en het krap maakt voor degenen naast, achter en voor hem. En hij dient niet (te zitten) rechtstreeks achter de imaam, zodat de desbetreffende plaats open blijft voor degenen die de imaam nodig heeft om hem te vervangen vanonder de verbeteraars als hem iets overkomt of dat er voor hem voortgang wordt gemaakt als hij vast komt te zitten met het reciteren, dit om de woorden Profeet sallahu ‘alayhi wa sallam: ‘’Laat de verstandige en wetende onder jullie mij naderen in het gebed.’’
Geschreven door Saalih ibn Fawzaan al-Fawzaan
Lid van de Comissie Grote Geleerden
17-08-1433هـBron: http://www.alfawzan.af.org.sa/node/14011